Onderhoudsplicht ouders
De onderhoudsplicht van ouders ten opzichte van hun kinderen is een belangrijk en vaak besproken thema binnen het familierecht. Ouders zijn immers verantwoordelijk voor de kosten van het levensonderhoud en opvoeding van de kinderen, ook wanneer je als ouder gescheiden bent van de andere ouder.
In dit artikel belichten we alle aspecten van deze verplichting, met gedetailleerde informatie over de wettelijke basis, de duur van de verplichting en de gevolgen bij niet-nakoming.
Inhoudstabel
- Wat houdt de onderhoudsplicht in?
- Wat valt onder de onderhoudsplicht van ouders?
- Wat als ouders hun onderhoudsplicht niet nakomen?
- Tot wanneer moet je alimentatie betalen (in België)?
- Alimentatie meerderjarige student
- Wat zegt de rechtbank over onderhoudsplicht voor studenten?
- Moet je alimentatie betalen als je je kind niet ziet?
- Wetsartikel onderhoudsplicht
- Juridisch advies en ondersteuning bij onderhoudsplicht
Wat houdt de onderhoudsplicht in?
De onderhoudsplicht is een juridische verplichting waarbij ouders moeten instaan voor de financiële behoeften van hun kinderen. Dit omvat onder meer kosten voor huisvesting, voeding, kleding, onderwijs en medische zorg. De verplichting is gebaseerd op artikel 203 van het Burgerlijk Wetboek, dat stelt dat ouders naar vermogen moeten bijdragen aan de opvoeding en het onderhoud van hun kinderen.
Wat valt onder de onderhoudsplicht van ouders?
Onder de onderhoudsplicht vallen alle kosten die nodig zijn voor het levensonderhoud en de opvoeding van je kinderen. Dit omvat onder andere:
- Voeding
- Kleding
- Woonlasten
- Schoolkosten
- Sport en hobby's
- Medische kosten
- Zakgeld
Het bedrag dat je als ouder moet bijdragen aan deze kosten wordt vastgesteld op basis van de behoefte van het kind en de draagkracht van beide ouders. De draagkracht wordt bepaald aan de hand van het inkomen en eventuele schulden en lasten van de ouders.
Wat als ouders hun onderhoudsplicht niet nakomen?
Indien een ouder zijn of haar onderhoudsverplichting niet nakomt, kan de andere ouder of het kind zelf gerechtelijke stappen ondernemen. De familierechtbank kan in dit geval:
- Een onderhoudsbijdrage opleggen;
- De betaling laten uitvoeren via een beslaglegging op het loon of andere inkomstenbronnen van de nalatige ouder.
Daarnaast biedt de Dienst voor Alimentatievorderingen (DAVO) in België financiële ondersteuning aan wanneer onderhoudsbijdragen niet worden betaald.
Tot wanneer moet je alimentatie betalen (in België)?
Hoe lang je alimentatie dient te betalen in België hangt af van de leeftijd van het kind én de opleiding die al dan niet is voltooid. Hierdoor zijn er 3 scenario’s denkbaar die de duur van de onderhoudsplicht van de ouders afbakenen:
Scenario 1: indien de opleiding van het kind voltooid is vóór de meerderjarigheid én het kind kan zélf voorzien in onderhoud, dan hoef je géén kinderalimentatie meer te betalen en heb je dus als ouder geen onderhoudsverplichting meer, tenzij de bron van inkomsten van het kind is wegvallen.
Scenario 2: indien de opleiding van het kind is voltooid vóór de meerderjarigheid, maar het kind kan door bijvoorbeeld werkloosheid, fysieke of mentale beperking niet voorzien in diens onderhoud, dan loopt de onderhoudsverplichting af bij de meerderjarigheid van het kind. Nà de meerderjarigheid start evenwel de gemeenrechtelijke onderhoudsplicht op basis van artikel 205 en 207 van het Burgerlijk Wetboek.
Scenario 3: indien de opleiding van het kind niet voltooid is nà de meerderjarigheid, dan loopt de onderhoudsverplichting door totdat de opleiding voltooid is.
Alimentatie meerderjarige student
De onderhoudsplicht van de ouders loopt door tot de passende opleiding van het kind is voltooid, ook al stelt dit eindpunt zich pas na de meerderjarigheid (artikel 203, §1 oud BW), dit op voorwaarde dat de studies passend zijn én een normale voortgang kennen.
Om te kunnen nagaan of de ouders onderhoudsplichtig zijn, is het van belang de nadere invulling van dergelijke begrippen te kunnen plaatsen.
Wat is een 'passende opleiding'?
Een opleiding is passend wanneer, binnen de levensstandaard van de ouders en rekening houdend met de talenten van het kind, opleiding verschaft wordt die is aangepast aan de financiële mogelijkheden van de ouders en aan de behaalde resultaten van het kind (parlementaire voorbereiding wet 31 maart 1987).
Een “opleidingscyclus” komt tot zijn eindpunt wanneer het kind niet geslaagd is, tenzij deze blijk geeft van de vaste wil zich te herpakken (Verslag senaatscommissie, Parl. St. Senaat 1984-85, nr. 904/2, 30-31.).
De eeuwige student zal dus niet eeuwig gesponsord worden.
In 2006 werd dan bijvoorbeeld toch een uitzondering op de regel toegestaan en werden ouders opgelegd om verder bij te dragen in de opleiding tot muziekleraar, ook al volgde hun zoon voordien een opleiding tot installateur centrale verwarming (Rb. Eupen 27 november 2006, JLMB 2007, 1581.).
Wat is een 'normale voortgang'?
Een normale voortgang impliceert dat het kind zich inspant om zijn of haar opleiding binnen een redelijk tijdsbestek af te ronden, rekening houdend met de aard en duur van de gekozen studierichting.
Het kind wordt geacht inzet te tonen en de studie serieus te nemen, waarbij een redelijk studietempo wordt aangehouden.
Het is belangrijk op te merken dat de interpretatie van deze begrippen afhankelijk is van de specifieke context en dat het uiteindelijk aan de rechter is om te bepalen of er sprake is van een 'normale voortgang' en een 'passende opleiding' in een individuele zaak.
Wat zegt de rechtbank over onderhoudsplicht voor studenten?
1. Uitspraak betreffende 'normaal verloop' van studies
In de rechtspraak werd geoordeeld dat iemand die het eerste jaar rechten had gedubbeld en vervolgens het derde jaar criminologie driemaal had moeten overdoen de “normale voortgang” in ruime mate had overschreden (Vred. Brussel 24 april 1996, J. dr. Jeun. 1996, 432, noot.).
Het kind moet in vele gevallen voldoende motivatie tonen om ook de opleiding binnen een redelijke termijn af te ronden (Vred. Zomergem, 21 december 2007, RW 2008-2009, 551.).
Er kan evenwel rekening worden gehouden met de specifieke omstandigheden van het kind om een verlenging van de termijn van onderhoudsplicht te rechtvaardigen. Denk aan de gezondheidstoestand, mentale beperking, enzovoort.
2. Onderhoudsgeld nadat het kind een diploma hoger onderwijs behaalt
Een diploma secundair onderwijs volstaat niet opdat de passende opleiding voltooid wordt geacht. Zelfs na het behalen van een diploma in het hoger onderwijs, laat de rechtspraak in meerdere gevallen toe om het financieren van gespecialiseerde studies ook onder de onderhoudsplicht te laten vallen.
Ouders moeten hun kind vaak financieel blijven steunen indien hun kind als hogeschoolstudent na een professionele bachelor ook een schakelprogramma aan de universiteit wil volgen. Ook een master-na-master zal in veel gevallen nog bekostigd moeten worden vermits quasi de helft van de universiteitsstudenten verder studeert na het behalen van hun eerste universitaire masteropleiding.
Een bijkomende opleiding, die in het verlengde ligt van de initiële, is aldus geen overbodige luxe (G. VERSCHELDEN, Handboek Belgisch Personen-, Familie- En Relatievermogensrecht, die Keure, 2021, 251.).
Het volgen van een onbezoldigde stage werd eerder in de rechtspraak aanzien als deel van de opleiding, zodat de onderhoudsverplichting ook tijdens die specifieke periode blijft verder lopen (Beslagr. Luik 3 oktober 2012, JLMB 2012, 1734.).
Wanneer het kind de meerderjarigheid bereikt heeft en daarna bij een derde inwoont, blijft de onderhoudsverplichting toch soms doorlopen voor het geval dat de passende opleiding nog niet voltooid is (Vred. Waver 1 maart 2011, Rev.trim.dr.fam. 2011, 470.).
3. Een kot betalen wanneer het kind dicht bij huis kan studeren
Zelfs wanneer het volgen van een opleiding dicht bij huis mogelijk is, houdt het recht op onderwijs nog altijd in dat een opleiding verder weg van huis de onderhoudsplicht niet ongedaan maakt (Vred. Etterbeek 18 december 2008, T. Vred. 2011, afl. 3-4, 151.).
4. De opleiding is voltooid maar het kind heeft nog geen werk. Wat nu?
Dan loopt de onderhoudsverplichting door zolang het kind de tijd nodig heeft om voor zichzelf te zorgen, bijvoorbeeld de tijd om een uitkering te kunnen verkrijgen (Rb. Luik 23 december 2010, JLMB 2011, 680.).
Hierbij werd in de rechtspraak wel al meerdere malen verwacht van het kind dat deze aantoont dat hij/zij de nodige stappen zet om in onderhoud te voorzien en het diploma te valoriseren (Rb. Brussel 23 december 2008, JLMB 2010, 319.).
Door omstandigheden weet men soms niet of de passende opleiding van het kind voltooid is. Contacteer ons zodat we daaromtrent gepaste stappen kunnen zetten en proactief kunnen handelen.
Moet je alimentatie betalen als je je kind niet ziet?
Het betalen van alimentatie wanneer je jouw kind niet ziet, roept vaak vragen op. In veel gevallen blijft het recht op kinderalimentatie bestaan, ongeacht de omgangsregeling tussen ouder en kind.
De verplichting om alimentatie te betalen is gebaseerd op het principe dat beide ouders verantwoordelijk zijn voor het financieel ondersteunen van hun kind, ongeacht de persoonlijke omstandigheden. De wet erkent het belang van het kind om op te groeien in een stabiele omgeving met voldoende financiële middelen.
Daarom wordt vaak bepaald dat de ouder die het kind niet ziet, toch alimentatie moet betalen om bij te dragen aan de kosten van de opvoeding en verzorging van het kind.
Dit betekent dat, zelfs als er geen bezoekregeling is tussen een ouder en het kind, de ouder nog steeds verplicht is een bijdrage te betalen.
Het is belangrijk te benadrukken dat het betalen van alimentatie niet gelijkstaat aan het recht om het kind te zien, en dat dit twee afzonderlijke juridische kwesties zijn die afzonderlijk moeten worden behandeld.
Wetsartikel over onderhoudsplicht
Na de meerderjarigheid én na het voltooien van de passende opleiding neemt de onderhoudsplicht van de ouders een einde (artikel 203 Burgerlijk Wetboek). Dit houdt evenwel niet in dat de wederzijdse onderhoudsplicht in hiermee ophoudt.
Artikel 205 en 207 van het Burgerlijk Wetboek impliceren namelijk een “gemeenrechtelijke” onderhoudsverplichting in de relatie van ouder-kind, indien dit naar verhouding is van degene die het vordert en naar het vermogen is van degene die het verschuldigd is (artikel 208 Burgerlijk Wetboek).
Wat zich onderscheidt van de ouderlijke onderhoudsplicht die loopt tot aan de voltooiing van de passende opleiding, is hier het feit dat de verplichting wederzijds en voorwaardelijk is, het brengt aldus geen automatisch recht met zich mee om aanspraak te maken op onderhoudsplicht lastens de ouders.
Juridisch advies en ondersteuning bij onderhoudsplicht
De onderhoudsplicht van ouders is een fundamenteel recht van kinderen en een juridische verplichting voor ouders. Het biedt hen de nodige ondersteuning om op te groeien in een veilige en stabiele omgeving. Bij vragen of juridische geschillen is het essentieel om professioneel advies in te winnen en indien nodig gerechtelijke stappen te ondernemen.
Neem contact op met ons kantoor voor een vrijblijvend adviesgesprek. Wij staan klaar om u te begeleiden bij alle juridische aspecten van de onderhoudsplicht.
Contacteer Stijn Braeye voor juridisch advies
Meer blogartikelen over onderhoudsgeld:
- Alimentatie of onderhoudsgeld kind
- Herziening onderhoudsgeld kind
- Onderhoudsgeld voor kind van zelfstandigen
Terug naar overzicht